Schoenadvies

Beperk het risico op drukplekken met de volgende schoenadviezen:

  • Koop uw schoenen altijd ‘s middags. In de loop van de dag worden uw voeten namelijk dikker. Zo koopt u schoenen die goed passen.
  • Loop in de winkel een paar rondjes met beide schoenen aan. Bij twijfel niet kopen. Een goede schoen hoeft u niet in te lopen.
  • Schoenen moeten zowel in de lengte als in de breedte voldoende ruimte bieden. Als u staat, moet de schoen 1 cm langer zijn dan de langste teen. De schoenen mogen nooit te spits toelopen, maar horen in overeenstemming te zijn met de vorm van de voet.
  • Laat uw voeten elk jaar opmeten. Uw voeten veranderen naarmate u ouder wordt.
  • Belangrijk voor de ondersteuning van de voet is dat het contrefort (de hielversteviging van de schoen) stevig is. Deze kap zit aan de achterkant van de schoen en mag niet gemakkelijk vervormen.
  • Schoenen met een veter- of klittenbandsluiting hebben over het algemeen een betere pasvorm dan ‘instappers’. De wreefsluiting geeft extra stevigheid aan de voet.
  • De hak van de schoen mag maximaal 2 – 3 cm zijn. Is de hak hoger dan ontstaat er een verhoogde druk onder de voorvoet. Voor een goede stabiliteit van de voet dient de hak breed te zijn.
  • Heeft u steunzolen of ortheses die u wilt dragen in de schoenen? Neem deze dan altijd mee naar de winkel en pas de schoenen met uw zolen en ortheses.
  • Haal een eventueel uitneembaar voetbed uit de schoen als u zolen draagt. Op deze manier verliest u geen ruimte in de schoen. Verzeker u ervan dat de binnenzool blak is voor u de zool in de schoen plaatst. De zool moet valk in de schoen liggen.
  • Het is mogelijk dat uw confectieschoenen niet voldoende bescherming bieden. Uw pedicure adviseert u dan om een specialist te raadplegen. Deze bepaalt of u (semi) orthopedische schoenen nodig heeft.